Een van de mooiste momenten van de dag is onder de dekens kruipen en wegdoezelen.
Waarom?
Ik kan vergeten wie ik ben (geworden). Mijn dagelijkse beslommeringen, kleine en grote frustraties, zorgen en problemen. Ik ben gewaar en voel me één met de omgeving en met de kosmos. Het is een naamloze vrede.
Mezelf vergeten (maar niet voorbij lopen), me volkomen ontspannen en helemaal open staan (of in dit geval liggen) voor nieuwe inzichten.
Waar ik wil zijn en wat er voor mij echt toe doet, is dan duidelijk. Ik zit vol met inspiratie.

In de natuur kan ik mezelf terugvinden, omdat er niets in de weg staat. De energie kan vrij stromen. Alles is in harmonie met elkaar, er is geen onderscheid of oordeel. Het kan genezend werken en je weer helemaal opladen. Er zijn mensen die alles willen beheersen, manipuleren en voor zichzelf hebben. De natuur kan hard en rauw zijn, maar alles heeft z’n plaats. Een vrij dier hoeft geen emoties te onderdrukken. Al is het zijn leven geen dag zeker, het ontwikkelt niet de psychische problemen van mensen.
Ik zie de natuur als de beste leermeester.

Zodra het ego het roer overneemt en er druk op iets komt, lijkt de stroom van inspiratie en indrukken op te drogen.
Wanneer ik niet vanuit mijn ego leef maar vanuit mijn kern, ben ik meer open en tegelijk minder snel gekwetst. Het doet er niet toe wat mensen tegen me of over me zeggen, het is hun eigen ego dat zich ergert, het heeft weinig met mij te maken. Ik kan het naast me neerleggen.
Het leven wordt minder een strijd en tegelijk bereik ik meer. Het verloopt soepeler.

Mensen associëren het ‘ego’ vaak met dominant en arrogant gedrag. Maar ook bij iemand die zichzelf weinig waard vindt en niet vrijuit durft te spreken, kan het ego in de weg zitten.
Het vormt het zelfbeeld en is vooral bezig met zich laten gelden (of zich juist terugtrekken), met het voorkomen van gezichtsverlies, met hoe je overkomt op andere mensen.

De momenten dat ik in mijn element ben en wijs, liefdevol, grappig, inspirerend en open kan zijn zonder meteen mijn hart uit te storten, zijn wanneer ik weinig met mezelf bezig ben en leef vanuit mijn intuïtie. Dan kan ik ergens in opgaan. Zonder oordeel.
Wanneer het lukt om je ego af te leggen, kan je ware potentieel eruit komen.
Wanneer ik er onvoorwaardelijk mag zijn, hoef ik niet bezig te zijn met wat mensen van mij vinden. Op natuurlijke wijze kan ik me afstemmen op anderen en rekening met hen houden.
Wanneer anderen voorwaarden stellen en me in een situatie dwingen die ik niet aankan, blokkeer ik.

Een kind, zeker als het nog klein is en zich ontwikkelt onder invloed van de omgeving, heeft veiligheid en liefde nodig.
Met veiligheid bedoel ik niet de angst en verkramping: ‘Pas op, straks val je!’ (Werkelijk gevaarlijke toestanden daargelaten.) Om te kunnen spelen, leren en onbelemmerd op te groeien heeft het de zekerheid nodig dat er mensen zijn die van hem houden. Een veilige en hechte band met iemand, meestal met de ouders. Kinderen hebben behoefte aan iemand die ze ziet, begrijpt en met wie ze hun ervaringen, gevoelens en gedachten kunnen delen.
Mensen en zeker kinderen die bedreigd worden in hun ‘zijn’, in hun meest wezenlijke behoeften, gaan psychisch op slot. Ze durven hun natuurlijke zelf niet te laten zien en leven vanuit hun ego. Ze kunnen geen vertrouwen in het leven en in mensen opbouwen en ervaren de wereld als een gevaarlijke, eenzame plek, waar je op je hoede moet zijn.
In plaats van rustig maar duidelijk hun grenzen leren aangeven, ontwikkelen ze agressief territoriumgedrag of ze laten over zich heenlopen. Het ligt eraan welke ‘levenslessen’ ze opgedaan hebben.

In het speciaal onderwijs zei men tijdens besprekingen over kinderen: ‘Ach, dat wordt toch niets’.
Dit is niet alleen mijn eigen ervaring, ook Luka, een van de weinige volwassenen die ik vertrouwde, vertelde me dit jaren later.
Deze boodschap ontvingen ouders en kwam ook bij de kinderen terecht.
Omdat mensen gevoelig zijn voor verwachtingen, gaan ze er naartoe leven. Opgroeien met het idee dat er nooit iets van je terecht komt en je voor je leven aangewezen bent op ‘zorg’  wordt zo onderdeel van je persoonlijkheid.
Sommige leerlingen hadden ouders die achter hen bleven staan en zich inzetten om hun kind een zinvolle toekomst te geven. Zo was er een moeder die haar zoontje heeft leren lezen, waar de school dacht: ‘Hier komt toch niets van terecht’. Andere leerlingen hadden op jongvolwassenen leeftijd weinig om voor te leven. Ze misten een doel en voelden zich een mislukkeling.
Zelf ben ik aardig ’terecht gekomen’. Ik schrijf boeken, geef eens in de paar weken een lezing en heb een netwerk opgebouwd van mensen die achter me staan. Een reguliere baan lukt nog niet, maar ik woon zelfstandig.
Zonder mezelf op de borst te willen kloppen, heb ik me los weten te maken van de prognoses, door mijn hart te volgen en mensen die me steunen.

Ouders die de jeugdzorg of de kinderbescherming achter zich aan hebben, voelen zich in de verdediging gedrukt. De indruk die ze maken kan immers verregaande maatregelen uitlokken, zoals een overvalcommando dat hun huis binnenstormt om de kinderen mee te nemen. Ook als er geen enkel bewijs is voor wat er mis zou zijn met het gezin. Een gezin uit elkaar halen is zo een voorbehoedsmiddel en geen laatste ‘red’middel.
Elk woord, intonatie of gebaar kan op een bepaalde manier worden uitgelegd. Men doet niets met  positieve berichten over het gezin. De ouders tellen niet meer mee, zijn misdadigers of incompetent.
De kinderen raken ontworteld en getraumatiseerd. Zij kunnen het vertrouwen in mensen en in het leven volledig verliezen. Ze krijgen de boodschap dat ze iets erg hebben gedaan of dat er iets mis met ze is, als ze met politie erbij uit huis worden gesleurd. Misschien denken ze dat het voor straf is.

Er onvoorwaardelijk mogen zijn is er niet meer bij als je vrijheid, je gezin of zelfs je leven op het spel staat.
Heelheid of verdeeldheid in jezelf slaat over op de maatschappij en andersom. Ouders zouden eerder voor hun eventuele opvoedproblemen uitkomen als ze niet bang hoefden te zijn voor geweld, bedreigingen, chantage en leugens. Soms zetten ze ‘Eigen kracht netwerken’ op, zonder invloed van machtige instanties.
Vrienden, kennissen en familie hebben veel beter door hoe het gaat, omdat ze dichter bij het gezin staan. Zij zien echte kinderen, in plaats van papieren identiteiten. Er kan een basis ontstaan voor vertrouwen en liefde. Mensen kunnen van elkaar leren.
Ook de kinderen gedijen beter in een hechte gemeenschap, waar ze op eigen kracht naar mensen toe kunnen gaan en waar men naar elkaar omkijkt. Zij groeien op te midden van familie en vrienden, in plaats van in een ‘professionele’, kunstmatige en afstandelijke omgeving. Een gezondere en natuurlijkere basis. De directe omgeving raakt meer bij de opvoeding betrokken, zodat ‘deskundigen’ op afstand kunnen blijven.

Laten we weer gaan samen-leven.
Zelf gedij ik het beste in een omgeving waar men ziet wie ik ben, in plaats van dat men mijn doen en laten interpreteert.
Bij druk, haast of stress blokkeer ik. Bij angst om iets niet goed te doen, verbreekt de verbinding en stagneert de stroom. Bij enthousiasme, vertrouwen en plezier kan er veel uit mij komen en gaat het sneller dan wanneer ik iets met tegenzin doe. Ergens helemaal in opgaan, zonder oordeel of besef van tijd. De dingen kunnen doen waar mijn hart ligt, laten mijn hart ook openen. Aan mijn diepste verlangens probeer ik gehoor te geven, ik merk dat mijn leven soepeler verloopt.
Het liefst werk ik samen met mensen die mijn passie delen. Met onze kwaliteiten kunnen we elkaar aanvullen. Ik probeer een evenwicht te vinden tussen tijd voor mezelf en tijd samen.

Het is bevrijdend om mijn innerlijke kompas te volgen, dat feilloos weet wat goed is om te doen.
Niet iemand hoeven zijn of iets moeten bewijzen. Gewoon ér zijn is genoeg. Dát is thuiskomen.

Bronnen:

Een band met de natuur: www.hetlaatstekindinhetbos.nl/

Naar je intuïtie leven: www.ahealthylife.nl/10-tips-voor-meer-flow-in-je-leven/

‘Kinderbeschermingsmaatregelen’: www.jeugdzorg-darkhorse.blogspot.nl/