Beste partijen,

ik ben op de hoogte van de wetsvoorstellen over het uitbreiden van mogelijkheden voor gedwongen opname en behandeling, na aanleiding van het verhaal van Tristan van der V. Als ervaringsdeskundige wil ik graag reageren.

De 1984-rillingen lopen over mijn rug, (Het boek van George Orwell, over een totalitair regime) dat je opgepakt kunt worden om wat je denkt en voelt.

Gedwongen opname is meestal niets anders dan iemand van z’n vrijheid beroven die nog niets misdaan hebt (iets strafbaars) Wie bepaalt wat normaal is en abnormaal?

Een algemeen criterium is dan iemand een gevaar is voor zichzelf of voor de omgeving. Het kan ook om een verondersteld gevaar gaan. Iemand is dan overgeleverd aan de mening van deskundigen en eventueel die van de familie.

Zo had ik ook met 11 jaar opgenomen kunnen worden, door mijn diagnose autisme en een problematische thuissituatie. Mijn moeder kon de opvoeding niet aan. Iemand die eens goed keek naar de situatie is er nooit geweest. Naar mijn verhaal vroeg niemand. Mijn gevoelens en wat ik meemaakte werden genegeerd.

Er was een gesprek (waar ik bij was) over de plaatsing in een psychiatrisch kliniek het Curium te Oestgeest.

Mensen die mij nog nooit hadden gezien, adviseerden mijn ouders mij uit huis te plaatsen en stelden hen gerust dat ik daar in goede handen ben, in plaats van ze te helpen het gezin weer op de rit te krijgen.

Voor kinderen onder de twaalf jaar is er ook geen juridische hulp.

Uiteindelijk hebben mijn ouders het zelf afgeblazen, omdat ze mij dit toch niet aan wilden doen. En nog kwam er niemand die mijn moeder hielp beter met de situatie om te gaan.

Bij volwassenen geeft een burgemeester (die de patiënt in regel nog nooit heeft gezien) toestemming voor een spoedopname.

Gedwongen opname is een traumatische ervaring, zeker als het onverwacht is. Het voelt als een overval en er komt vaak geweld aan te pas. Ook iemand die geen agressie toont, kan met vijf agenten tegelijk uit huis worden gesleurd.

Eenmaal op de afdeling, kan iemand te maken krijgen met een spuit, eenzame opsluiting, vastgebonden worden. Zeker als iemand duidelijk bang of boos is, maar vaak al bij voorbaat of omdat iemand medicatie weigert of door personeelstekort. Er wordt nauwelijks met de persoon gecommuniceerd.  Medicatie die vervelende of zelfs gevaarlijke bijwerkingen kan hebben, wordt in hoge dosissen toegediend. De lichamelijke en psychische schade is voor de rekening van de patiënt. Een aantal middelen veroorzaakt juist gewelddadige uitbarstingen,  omdat iemand de controle over zijn gedrag helemaal verliest.

Veel escalaties komen voort uit de aanpak van het ziekenhuis, door wanhoop, woede, eenzaamheid en onmacht van het niet gehoord en niet erkend worden. Geen enkele zeggenschap hebben over jezelf en je leven.

Voor het verhaal van de patiënt is geen aandacht, alle problemen worden geweten aan een psychische stoornis. Iemand wordt aangesproken op zijn ziektebeeld, in plaats van als mens.

De psychische problemen worden dus eerder sterker dan dat iemand opknapt.

Zelfbeschikking is een basisbehoefte en een recht. Hoe meer macht er bij het psychiatrische ziekenhuis ligt, hoe slechter het gesteld is met de (rechts)positie van de patiënt.

Een wetenschappelijke basis voor het vaststellen van een geestelijke stoornis, is er niet. Het is een interpretatie van gedrag. Met als leidraad het Diagnosehandboek (DSM). Met het verschijnen van de DSM-5 zullen de criteria van wat geestelijk gestoord is alleen maar lichter worden.

Zeker de helft de psychiaters die meewerkten aan de DSM-4, had een zakelijke relatie met minstens 1 farmaceutisch bedrijf. Waar lichamelijke ziekten door wetenschappelijk onderzoek worden vastgesteld, worden psychische ziekten ‘erkend’ doordat psychiaters erover stemmen.

Dwang is eigenlijk niets anders dan gelegaliseerd geweld. Men denkt dat ’vrijheidsbeperkende maatregelen’, voor veiligheid zorgen, in wezen creëert geweld nog meer geweld en wordt de wereld steeds gevaarlijker. Ook omdat het basale principe verloren gaat; dat iemand onschuldig is tot het tegendeel is bewezen. ‘Gedwongen hulp’ is daarmee tegenstelling in zichzelf.

Mijn ervaringen met begeleid wonen onder een gehandicapteninstelling: Betutteling, onverwachte bezoekjes, aangesproken worden als een klein kind. Niet gehoord worden in mijn hulpvraag. Toevallig kon ik met mijn persoonlijk begeleidster goed praten, maar ook zij kon weinig doen aan het beleid.

Echte hulp is gebaseerd op vertrouwen, begrip en gelijkwaardigheid. Met iemand praten in plaats van over iemand. Meedenken in plaats van voor iemand denken. Meeleven en betrokken zijn. Iemand die overstuur is kan tot rust komen als hij ervaart dat er aandacht is voor hem. Dat er iemand om hem geeft en hij zijn gevoelens kan uiten.

Wat mij heeft geholpen waren mensen die mijn verhaal en gevoelens erkenden en met mij gingen werken aan mijn situatie. Niet tussen vier muren, maar aan de slag gaan. Zoals leren reizen met het openbaar vervoer. Een zelfstandig leven opbouwen. Denken in oplossingen in plaats van problemen.

Ook het erkennen en verwerken van traumatische ervaringen en verlies zou een belangrijke rol moeten spelen in de geestelijke hulpverlening.

Patiënten hebben voor mij dezelfde rechten als iedere burger. Maatregelen horen in verhouding te zijn met wat iemand heeft gedaan en niet gebaseerd op een eventueel gevaar.

Hulp die werkelijk is afgestemd op de wensen en behoeften van de patiënt, zal uiteindelijk leiden tot beter functioneren en meer zelfstandigheid. En daarmee ook meer veiligheid en op lange termijn minder kosten en ook minder arbeidsongeschiktheid.

Inmiddels woon ik zelfstandig, zonder professionele begeleiding aan huis en zonder medicatie. Waar de school (cluster 4 onderwijs) 24-uurszorg in gedachten had.

Dank voor uw aandacht! Reacties en vragen zijn zeer welkom, ik wil ook verder meedenken over welke hulp wel werkt.

Vriendelijke groet

Sarah Morton

www.dus-sarah-morton.info

www.afwijkend-en-toch-zo-gewoon.nl